Column: van containerbegrip tot maatschep-aanpak

We hebben eind 2023 een ronde gedaan langs de grotere spelers in de wereld van de erfbetreders met de vraag hoe belangrijk ze levensduur van melkvee vinden. Vrijwel allemaal gaven ze aan dit belangrijk te vinden. Zowel economisch als maatschappelijk. Je zou dus denken dat er dan werk van gemaakt wordt. Lang niet altijd, zo blijkt. Waar zou dat aan kunnen liggen?

In deze sector bepaalt de baas doorgaans niet wat je wel en niet op het erf moet doen. Er is veel ruimte om ervoor te zorgen dat klanten tevreden blijven en dat het bijdraagt aan de omzet. Maar dat kan er ook toe leiden dat iedereen “zijn eigen naad naait”. Ach, zolang het de omzet niet schaadt en iedereen tevreden is, zal het wel goed zijn. Toch? Misschien toch niet. Als je weet dat je klanten flink wat extra inkomen en werkplezier kunt bezorgen, waarom zou je daar dan niet vol voor gaan? Ook de samenleving heeft haar verwachtingen. Die wil geen sloopkoe, maar een gezonde koe die lang meegaat. Wij voelen ons uitgedaagd om die twee belangen bij elkaar te brengen. Dat het mogelijk is, weten we. Daar zit het probleem niet, want kennis en ervaring zijn volop aanwezig. Bovendien zijn er al mooie praktijkvoorbeelden.

Toch is de gemiddelde levensduur van melkvee in de afgelopen decennia gemiddeld maar met zo’n zeven dagen per jaar toegenomen. Dit terwijl studiegroepen gemiddeld twee tot drie keer bij plussen. Als we dat als sector zouden doen, dan zouden we niet alleen op de levensproductie maar ook voor de levensduur de onbetwiste nummer één van de wereld worden. Dat zou toch voor iedereen een mooie beloning zijn?

De sector streeft ernaar dat in 2030 minstens 90% van de melkveebedrijven een minimale levensduur bij afvoer heeft van vijf jaar, zes maanden en twintig dagen – het gemiddelde van 2018. Dat doel zou dan ruimschoots haalbaar zijn. Reden voor een feestje, zou je denken. Waarom zouden we dat niet halen?

De erfbetreders geven daar verschillende antwoorden op en een ervan is dat levensduur een containerbegrip is waar ze niets mee kunnen. Misschien ligt het wel aan het feit dat je levensduur van veel kanten kunt “aanvliegen”. Je kunt veel maatregelen bedenken die op een of andere manier de levensduur kunnen beïnvloeden. Dat geeft misschien een “containergevoel”. Je ziet door de bomen het bos niet meer.
Nou, omdat er zoveel mogelijkheden zijn waarvan we wel weten hoe ze werken, maar die ook op elkaar afgestemd moeten worden, is het juist een kwestie van maatwerk. En dat doen we met een maatschep en niet met een container.

Meer "columns"