Wat de economische gevolgen zijn van een langere levensduur kunnen we redelijk goed inschatten. Het is lastiger om een bepaalde maatregel te vertalen in een aantal maanden extra levensduur. En welke volgorde van maatregelen is dan optimaal? Ze beïnvloeden elkaar dus heeft het geen zin om lukraak aan de slag te gaan (zie het KBL-principe ). Ook je eigen aanhoud- en afvoerbeleid en de bedrijfsopzet kunnen van invloed zijn, zoals uit onze recente analyse met Flynth is gebleken. Het komt erop aan om de juiste stappen op het juiste moment te zetten.
Kosten-effectiviteit en termijn-effectiviteit
Elke maatregel heeft wel enig effect, alleen niet altijd even veel en even snel. De kosten-effectiviteit (verhouding kosten en baten) en de termijn-effectiviteit (periode waarin het doel wordt bereikt ten opzichte van de gemaakte kosten) kunnen ook nogal verschillen. Maatregelen die weinig kosten en op de kortere termijn veel opleveren zijn het meest effectief. Je creëert op relatief korte termijn extra investeringsruimte. Je houdt geld over zogezegd. Hoeveel dat is hangt sterk samen met de situatie op het bedrijf. Managementmaatregelen die vooral te maken hebben met je manier van werken, kosten doorgaans weinig en kun je snel invoeren. En ze kunnen veel opleveren. Hebben ze betrekking op het jongvee dan zie je het resultaat pas na een jaar op 5 tot 6. Of al eerder als het niet goed is gegaan. Aanpassingen in huisvesting, klimaat of comfort kunnen veel meer kosten. Terwijl het daarbij lastig kan zijn om de baten vast te stellen omdat het meestal samengaat met andere maatregelen. Maar in de praktijk zien we vaak binnen een of enkel jaren zeer grote positieve effecten op de gezondheid en de productie.
Kosteneffectieve fokkerij
Wat ook nauwelijks extra geld kost is een andere stierkeuze. Als je die kunt combineren met een goed selectiebeleid, heeft dat een hoge kosteneffectiviteit. Maar de gevolgen daarvan zie je pas veel later. Voordat je weet of een koe echt duurzamer is geworden ben je inclusief dracht en opfok al snel zo’n 6 tot 8 jaar verder. Met een goed selectiebeleid heb je wel wat sneller effect omdat je de koeien met de beste genetische aanleg gebruikt voor de aanfok. De termijn waarop dat duidelijk wordt is wel vergelijkbaar, maar het gemiddelde genetische niveau is per direct een stuk hoger.
Onderlinge samenhang en afstemming
Ook moet nog opgemerkt worden dat het belangrijk is om maatregelen in de juiste volgorde te nemen. Het heeft weinig zin om volop in te zetten op de fokkerij als de rest niet op orde is. De genetische potentie komt er dan nooit helemaal uit. De kosteneffectiviteit van de maatregel wordt negatief beïnvloed door de tegenwerking van andere bedrijfsfactoren en bovendien duurt het lang voor het effect echt zichtbaar wordt. Dat is zonde van de tijd en moeite. Maar omdat de fokkerij een belangrijke basis is en omdat de effecten een langere termijn vragen en de kosten relatief laag zijn, is het wel belangrijk er tijdig aan te beginnen. Het beste is om voor het eigen bedrijf, in overleg met de accountant en de relevante erfbetreders, na te gaan waar de mogelijkheden liggen qua kosteneffectiviteit, maatregelen en termijnen en welke volgorde dan het beste is. Een goede bedrijfseigen aanpak geeft het beste resultaat.
Investeringsruimte
Als je jaarlijks meer inkomsten genereert kun je daarvan de maatregelen geheel of gedeeltelijk bekostigen. Laten we eens aannemen dat een maand extra levensduur je €2.000 per jaar oplevert. Een bedrag dat uit de analyse van Flynth en Valacon naar voren kwam. En stel dat je de levensduur met een jaar wilt verlengen en dat je dat in 10 jaar wilt doen. Als je het doel hebt bereikt is de opbrengst pakweg €24.000 per jaar. Gemiddeld €12.000 per jaar ofwel €120.000 euro in 10 jaar. Als je die extra levensduur in 5 jaar bereikt levert dat in 10 jaar €180.000 op. De investeringsruimte die je creëert is afhankelijk van de investering, de kosten-effectiviteit en de realisatietermijn. En soms duurt het een tijd voor het maximale effect is bereikt. Duidelijk is wel dat een combinatie van een hoge kosten-effectiviteit en een gunstige termijn-effectiviteit flink wat op kan leveren.
Een voorbeeld
Ter illustratie in onderstaande figuur een voorbeeld van 10 maatregelen die in 10 achtereenvolgende jaren worden genomen. De investering per maatregel per koeplaats wordt weergegeven door de lijn. Elke maatregel zorgt voor een jaarlijkse last zoals afschrijving, rente, onderhoud etc. (rode kolom). We hebben daar gemiddeld 15% van de investering voor aangehouden. Voor elke maatregel is het economische effect ingeschat wat leidt tot een economische jaarresultaat per maatregel (oranje kolom). Hoe eerder de maatregel genomen wordt hoe langer hij doortelt in de totale periode. Sommige maatregelen hebben op korte termijn effect en soms duurt het enkele jaren tot het maximale economische effect is bereikt. Eenmaal bereikt, dan is het blijvend. De kosten en baten van de maatregelen stapelen dus in de loop van de jaren. Het netto-effect is weergegeven met de blauwe kolommen. Een maatregel zoals maatregel 2 (grote investering, bescheiden economisch effect) draagt weinig bij maar raagt wel veel investeringsruimte. Deze zou je pas later moeten nemen als dat kan, zodat je eerst extra investeringsruimte opbouwt. Zoals met de kosteneffectieve maatregel 5. De volgorde van de maatregelen in combinatie met het netto-resultaat bepaalt hoe het totale resultaat zich ontwikkelt (blauwe kolommen). Het zo vroeg mogelijk nemen van de meest kosten-effectieve managementmaatregelen, en daarmee liquiditeit opbouwen, voordat grote investeringen worden gedaan is niet altijd mogelijk. Maar sommige maatregelen hebben minder effect als andere niet eerst worden genomen. Kijk daarbij vooral naar het eigen bedrijf.
Kijk voor meer informatie over de economie en andere aspecten van de levensduur op ons kennis- en informatieplatform.